Voor de boeren die in de buurt van een grote stad hun bedrijf hadden waren er in de 19e eeuw wat alternatieven voorhanden zoals,  'stratendrek' en ' stadsbeer '. Deze vloeibare menselijke uitwerpselen werden door de boer opgehaald en vervoerd in een speciale, taps toelopende houten kist, die precies in de erdkar paste De mest werd hierna direct over het land verspreid. Pas in 1850 kwamen kunstmestproducten op de markt, de zgn  'verneukpoep'.

(Woord is gedoneerd door Hanna B. Herkomst is onbekend, gedacht wordt aan Belgie of Zuid-Afrika alhoewel ook onze eigen landje is aanmerking komt gezien bovenstaand citaat van Nederlandse website.)