Het gedicht 'Onder de horrelbomen' van Querulijn Xaverius, Markies De Canteclaer van Barneveldt (bezorgd door Marten Toonder) begint als volgt:

Over de horrelbossen rijlt de maan
boven horrelbomen.
Onder horrelbomen ben ik gegaan;
daar heb ik de weg zien lomen.

Breed en stillekil en blak
en zwart als kolegit; die laan.
Als glimmeglere chinalak
glom daarop de grote, bleke maan.

Het gedicht is opgenomen in de bundel 'Vleugeljaren' uit 1989.

Vleugeljaren is een speelse verwijzing naar vlegeljaren (= de jaren waarin opgroeiende jongens zich min of meer vlegelachtig gedragen, eerste puberteitsjaren). Zie bijvoorbeeld, om toch in de boekensfeer te blijven, 'De vlegeljaren van Pietje Bell'.